Plannaam:
Schil
Status:
Vastgesteld
Plantype:
gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Idn:
NL.IMRO.0505.BP186Schil-3001

HOOFDSTUK 4 Beleidskader

 

4.1 Rijksbeleid

 

 

4.1.1 Nota Ruimte

Op 23 april 2004 is de Nota Ruimte, het derde deel van de PKB Nationaal Ruimtelijk Beleid ofwel de regeringsbeslissing, vastgesteld. Hierin is het nationaal ruimtelijk beleid voor de periode 2004 tot 2020 met een doorkijk naar 2030 op hoofdlijnen vastgelegd, dat voorheen in de afzonderlijke nota's - Vijfde Nota over de Ruimtelijke Ordening, het Tweede Structuurschema Groene Ruimte (SGR2) en het Nationaal Verkeers- en Vervoersplan (NVVP) - was opgenomen. De nota bevat geen concrete beleidsbeslissingen, maar stelt een aantal beleidsdoelen als leidraad voor de ontwikkelingen in de komende periode.

 

Hoofddoel is ruimte te scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies. Specifiek richt het rijksbeleid zich op:

* versterking van de internationale concurrentiepositie van Nederland; met name door voldoende ruimte te reserveren voor de ontwikkeling van bedrijven in (groot)stedelijk gebied;

* krachtige steden en een vitaal platteland; investeren in leefbaarheid en veiligheid;

* borging en ontwikkeling van belangrijke (inter)nationale ruimtelijke (natuur-, landschappelijke en cultuurhistorische) waarden;

* borging van de veiligheid; aandacht voor de waterproblematiek en externe veiligheidsaspecten.

 

Het beleid met betrekking tot de basiskwaliteit van steden, dorpen en bereikbaarheid kent vier pijlers:

* bundeling van verstedelijking en economische activiteiten;

* bundeling van infrastructuur;

* aansluiting van Nederland op de internationale netwerken van luchtvaart en zeevaart;

* borging van milieukwaliteit en externe veiligheid.

Voor verstedelijking en economische activiteiten gaat het rijk uit van de bundelingsstrategie. Er wordt optimaal gebruik gemaakt van de ruimte die in het bestaande bebouwde gebied aanwezig is en er wordt ruimte geboden aan gemeenten om te kunnen bouwen voor de eigen bevolkingsgroei. Daarbij wordt de infrastructuur optimaal benut, het groen in en om de stad in samenhang met het bebouwd gebied verder ontwikkeld en aangesloten op het watersysteem.

Bundeling in steden en dorpen maakt het mogelijk functies bij elkaar te brengen, waardoor het draagvlak voor voorzieningen ondersteund wordt en arbeid, zorgtaken en ontspanning beter te combineren zijn.

 

De Nota Ruimte wordt vervangen door de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Bij schrijven deze toelichting lag het ontwerp van de Structuurvisie voor iedereen ter inzage. Eén van de belangrijkste beleidsdoelen is een gezonde en veilige leefomgeving als basisvoorwaarde voor burgers en ondernemers. Dit wordt vooral vertaald in het verbeteren van de milieukwaliteit (lucht, bodem, water), bescherming tegen geluidsoverlast en externe veiligheidsrisico's. Om toekomstige kosten en maatschappelijke schade te voorkomen, moeten bij ruimtelijke en infrastructurele ontwikkelingen de milieueffecten worden afgewogen.

 

 

 

4.1.2 Amvb Ruimte

De nationale ruimtelijke belangen worden geborgd in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Amvb Ruimte) dat waarschijnlijk met ingang van 1 oktober 2011 in werking zal treden. De minister is voornemens om die Amvb te wijzigen ter behartiging van enkele nationale belangen uit de (ontwerp) Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Die aanvulling op de Amvb Ruimte ligt naast de ontwerp structuurvisie ter visie.

In de Amvb Ruimte wordt ingezet op nationale regels met betrekking tot onder andere zuinig ruimtegebruik, bescherming van kwetsbare gebieden en bescherming van het land tegen overstroming en wateroverlast. Doel is om vanuit een concreet nationaal belang een goede ruimtelijke ordening te bevorderen. Bestemmingsplannen moeten voldoen aan deze algemene regels.

 

Onderhavig bestemmingsplan voldoet aan het beleid en de algemene regels van het rijk.

 

 

4.1.3 Beschermd Stadsgezicht

Door de toenmalige ministers van WVC en VROM is bij besluit van 28 juli 1988 de historische binnenstad aangewezen als Beschermd Stadsgezicht. In dit plangebied zijn ook enkele delen van de Schil betrokken.

Voor andere delen van de Schil is sedert 2001 een aanwijzing in voorbereiding. De uitbreiding van het beschermd stadsgezicht betekent een wettelijke verplichting tot een beschermend bestemmingsplan met respect voor de cultuurhistorie en de historisch gegroeide stedenbouwkundige structuur van de betreffende delen. De basis van het beschermd stadsgezicht in de Schil wordt gevormd door de eeuwenoude hoofdstructuur van concentrische ringen en radialen en de hoogwaardige bebouwing die zich eind 19e eeuw langs deze hoofdstructuur ontwikkelde. De diverse voorbeelden van hofjes op de binnenterreinen, het laat 19e-eeuwse stadspark Merwestein en de aangrenzende villaparkstructuren, de Singel als gave, 19e eeuwse verbindingsas en het hoefijzervormig ensemble rond de villa Rozenhof zijn eveneens zeer waardevolle elementen van het beschermd stadsgezicht.

 

 

4.2 Provinciaal beleid

 

4.2.1 Structuurvisie Visie op Zuid-Holland

Met de Nota Ruimte en de Wet ruimtelijke ordening heeft het Rijk verantwoordelijkheden en bevoegdheden gedecentraliseerd naar provincies en gemeenten. In dit speelveld neemt de provincie de verantwoordelijkheid voor aansturing op ruimtelijke kwaliteit en samenhang van projecten en programma's met provinciale betekenis (regisseursrol). De provincie zal niet voor alle provinciale belangen een leidende rol nemen in de uitvoering.

De provincie wil een actieve rol spelen in de uitvoering van beleid. De provincie eigent zich alleen een regisseursrol toe als zij van mening is dat deze rol niet gedelegeerd kan worden naar andere overheden, of als zij een eigen verantwoordelijkheid heeft, die voortvloeit uit provinciale belangen. De schaal van de provincie maakt haar bij uitstek geschikt om veel partijen op gemeentelijk en (boven)regionaal niveau te verbinden.

 

Provinciale Staten van Zuid-Holland stelden op 2 juli 2010 de Provinciale Structuurvisie, de Verordening Ruimte en de Uitvoeringsagenda vast. In de Visie op Zuid-Holland beschrijft de provincie haar doelstellingen en provinciale belangen. De Structuurvisie geeft een visie voor 2020 met bijbehorende uitvoeringsstrategie en een doorkijk naar 2040. De nieuwe integrale Structuurvisie voor de ruimtelijke ordening komt in de plaats van de vier streekplannen en de Nota Regels voor Ruimte.

In ‘Visie op Zuid-Holland’ staat hoe de provincie samen met haar partners wil omgaan met de beschikbare ruimte. Met de structuurvisie werkt de provincie aan een vitaal Zuid-Holland, met meer samenhang en verbinding tussen stad en land. Hierdoor is in Zuid-Holland goed wonen, werken en recreëren voor iedereen binnen handbereik. De provincie onderscheidt vijf hoofdopgaven:

• aantrekkelijk en concurrerend internationaal profiel

• duurzame en klimaatbestendige deltaprovincie

• divers en samenhangend stedelijk netwerk

• vitaal, divers en aantrekkelijk landschap

• stad en land verbonden.

Ook de instrumenten van de provincie komen in de structuurvisie aan de orde. De provincie ordent op kaarten, ontwikkelt programma’s en projecten, agendeert zaken en laat onderzoek uitvoeren. Zij stuurt op hoofdlijnen door kaders te stellen en het lokale bestuur ruimte te geven bij de ruimtelijke inrichting. Deze aanpak sluit aan bij de nieuwe stijl van besturen: ‘Lokaal wat kan, provinciaal wat moet.’

 

In de Uitvoeringsagenda staat hoe de provincie en de verschillende partners de ambitie van de Structuurvisie gaan uitvoeren. De nadruk ligt op samenhang van maatregelen en programma‘s en de samenwerking met de regio‘s. Wat belangrijk is voor Zuid-Holland staat voorop.

De Uitvoeringsagenda maakt duidelijk wat er moet gebeuren en wat de onderlinge rolverdeling van de provincie en de verschillende samenwerkende partijen is.

Elke partij werkt vanuit zijn eigen rol en verantwoordelijkheid om de ambitie van de Structuurvisie te realiseren.

 

In de Provinciale Structuurvisie en de Verordening Ruimte staat op welke wijze de provincie de ruimte tot 2020 in wil gaan vullen. De structuurvisie geeft de hoofdlijnen van de ruimtelijke ontwikkeling weer en vermeldt de provinciale belangen. De verordening geeft aan met welke zaken gemeenten in hun bestemmingsplannen rekening moeten houden.

 

In de Structuurvisie is op de functiekaart de Schil opgenomen als Stads- en dorpsgebied. Tevens is de aanduiding 'bovenregionaal centrum' aangegeven. Op de zogenaamde kwaliteitskaart staat het gebied aangegeven als 'Stedelijk netwerk'.

In de Verordening Ruimte is voor functies als kantoren en detailhandel bepaald dat deze alleen in bestemmingsplannen mogen worden opgenomen indien deze liggen binnen de invloedssfeer van haltes van het Zuidvleugelnet (voor wat betreft kantoren), dan wel wanneer deze liggen binnen de bestaande winkelconcentraties in de centra van steden (voor wat betreft detailhandel). Het plangebied Schil voldoet aan beide voorwaarden.

 

 

4.2.2 Verordening Ruimte

In samenhang met de structuurvisie is ook de Verordening Ruimte opgesteld. De regels in deze verordening zijn bindend en werken door in gemeentelijke bestemmingsplannen. Het volgende artikel is relevant voor het onderhavige plan:

Om het stedelijk netwerk te versterken kiest de provincie het uitgangspunt om verstedelijking zoveel mogelijk in bestaand bebouwd gebied te concentreren. Hiermee wordt de kwaliteit van het bebouwde gebied behouden en versterkt. Om dit te bereiken zijn het stedelijk netwerk en alle daarbuiten gelegen kernen in Zuid-Holland voorzien van bebouwingscontouren. Deze geven de grens van de bebouwingsmogelijkheden voor wonen en werken weer. Verstedelijking buiten deze bebouwingscontouren is in principe niet toegestaan.

In de Verordening krijgen ook aspecten als de molenbiotoop en de landgoedbiotoop de aandacht.

Het plangebied valt binnen de aangegeven bebouwingscontouren, de molenbiotoop is in het plan opgenomen en Park Merwestein als landgoedbiotoop behoeft geen nadere regeling omdat er geen nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden.

Het bestemmingsplan 'Schil' is hierdoor in overeenstemming met de Verordening Ruimte.

 

 

 

 

4.3 Gemeentelijk beleid

 

4.3.1 Structuurvisie 2020

In de Structuurvisie Dordrecht 2020, vastgesteld op 7 april 2009, is de Schil omschreven als onderdeel van het leefmilieu ‘Centrum’. Dit milieu kenmerkt zich door veel functiemenging, een hoog voorzieningenniveau en een afwisselende bebouwing met ruimte voor kantoren. Op stadsniveau ligt er een opgave om ook de kenniseconomie te versterken, bijvoorbeeld door het uitbreiden van het HBO in het centrummilieu.

Het NS station Dordrecht is onderdeel van het Stedenbaanproject. Verdichting rondom het station wordt vanuit dat oogpunt gestimuleerd. Immers, hoe meer mensen wonen en werken bij stations, des te groter is het aantal passagiers en des te hoger kunnen de frequenties van de treinen zijn. Hoe deze verdichting het beste kan worden vormgegeven is een nader onderzoeksopgave.

De Johan de Wittstraat wordt in de Structuurvisie beschreven als ‘de rode loper naar de binnenstad’. Hier dient speciale aandacht te zijn voor een prettige openbare ruimte. Op de hoek van de Johan de Wittstraat / Spuiboulevard is met een ster een ‘nieuwe trekker voor de binnenstad’ aangegeven. Met het oog op de toekomst zal de versterking van de binnenstad vragen om nieuwe investeringen.

In de Structuurvisie is tevens een hoog dynamische verbinding van het Maasterras over de Achterhakkers naar de binnenstad voorzien. De Structuurvisie doet tot slot ook een uitspraak over de maximale bebouwingshoogte in Schil-West. De maximale hoogte kan op enkele plekken 50 meter gaan worden.

 

4.3.2 Wonen

Woonvisie Drechtsteden 2010-2020

Het motto van de Drechtsteden hebben in de nota "Spetterend wonen in de Drechtsteden 2" is:

• Kwaliteit verbeteren

• Toevoegen wat ontbreekt

• Nú doen wat nú moet

In de nieuwe woonvisie hebben de Drechtsteden afgesproken om de kwaliteit van wonen in de regio nog meer te verbeteren. Dit willen ze onder andere doen door het

realiseren van aantrekkelijke woonmilieus en het kwalitatief verbeteren van het woningaanbod. Alle nieuwe woningen die worden gebouwd moeten bijdragen aan de verbetering van de kwaliteit. Concreet betekent dit meer woningen voor de hogere inkomensgroepen en meer woningen geschikt voor ouderen. Naast nieuwbouw wordt de aandacht meer gericht op de bestaande woningen en de bestaande wijken.

In de regionale Woonvisie is het gebied benoemd als stadswijk. De hoofdfunctie is wonen. De gemeente heeft de ambitie om 400 à 500 grondgebonden woningen en 300 à 400 appartementen in het stadswijkmilieu toe te voegen.

 

 [image]

 

De Schil wordt gezien als onderdeel van het leefmilieu ‘Centrum’ en wordt gekenmerkt door een grote diversiteit aan woningen voor wat betreft vorm en prijsklasse. De gevarieerde woningvoorraad gaat gepaard met een diverse bevolkingssamenstelling, waarbij het hoge voorzieningenniveau vooral aantrekkingskracht heeft op jongere en oudere huishoudens.

De twee centrale doelstellingen uit de Woonvisie Drechtsteden 2010-2020 zijn een hogere kwaliteit van woningen en meer differentiatie in woonmilieus. Hier is een taak voor de Schil weggelegd om het centrumstedelijke milieu te versterken door het toevoegen van levensloopbestendige luxe appartementen en stadswoningen binnen een hoge dichtheid en intensiteit.

 

4.3.3 Werken en voorzieningen

Het gebied Schil-West heeft met 150.000 vierkante meter aan kantoren een belangrijke positie in het functioneren van de regionale kantorenmarkt. De locatie is dan ook opgenomen in de Regionale Kantorenstrategie Drechtsteden (2007). Gezien het grote regionale aandeel kantoren in het gebied, zijn structurele ingrepen in het gebied van invloed op het functioneren van de regionale kantorenmarkt.

De kantoren zijn vooral gevestigd langs de randen van Schil-West (Spuiboulevard, Johan de Wittstraat en de Burgemeester de Raadtsingel). De meer grootschalige, veelal single tenant, aan de Spuiboulevard dateren uit de jaren ‘70 en ‘80. Aan de Burgemeester de Raadtsingel zijn meerdere kleinere kantoorvilla’s terug te vinden. De kantoren in Schil-West zijn onder te verdelen in een aantal clusters van gebruikers. De gemeentelijke diensten zijn een grote speler met circa 15.000 vierkante meter. Daarnaast is er met 25.000 vierkante meter een fors aandeel van publieke uitvoeringsorganisaties (UWV, Belastingsdienst, etc.) in het gebied gevestigd. De overige 125.000 m2 bestaat voornamelijk uit commerciële dienstverlening.

Op basis van het type kantoren, de gebruikers en de locatie factoren kan gebied Schil-West worden gerekend tot kantorenmilieu “Stedelijk centrum”. Het gebied is centraal gelegen tegen de binnenstad van Dordrecht. Met de aanwezigheid van voorzieningen beschikt het gebied over voldoende parkeergelegenheid en is door station Dordrecht centraal goed met het openbaar vervoer te bereiken. Daarbij is Schil-West goed bereikbaar vanaf de snelweg A16. Enkele uitzonderingen daar gelaten zijn de kantoorpanden overwegend middelgroot, waarbij meerdere gebruikers ieder een deel van het totale gebouw huren. Het gebied voldoet daarmee in de basis aan alle vestigingsvoorwaarden en leent zich bij uitstek voor vestiging van meerdere kleinere gebruikers op de lokale en regionale markt. Daarnaast ligt de gemiddelde huurprijs ten opzichte van het landelijke gemiddelde ten opzichte van de concurrerende steden en de regio’s laag. Een verkenning in januari 2010 toont aan dat ongeveer 23% (circa 35.000 m2) van de beschikbare kantoorruimte te huur dan wel te koop staat. Dit percentage is landelijk bovengemiddeld en ruim boven de gebruikelijke en wenselijke frictieleegstand van 5 tot 7%.

Omdat voor een goed functionerende kantorenmarkt structurele leegstand ongewenst is, is in aansluiting op die constatering een aanpak op objectniveau noodzakelijk, zoals verwoord in de Regionale Kantorenstrategie Drechtsteden. De aanpak dient op objectniveau plaats te vinden omdat ieder pand andere kenmerken en randvoorwaarden heeft.

 

Het Actieprogramma horeca uit 2007 biedt de mogelijkheid om naast de voorgestane concentratie in de binnenstad, ook schakelpunten aan te wijzen waar horecavestiging mogelijk is. Voor Schil zijn dit de gebieden rondom de bruggen over de Spuihaven. Bij de verbouwplannen voor het postkantoor aan de Johan de Wittstraat is een mogelijke vestiging van horeca op deze locatie positief beoordeeld door de gemeente.

In de Structuurvisie Detailhandel en Horeca uit 2002 staat de binnenstad van Dordrecht bovenaan de regionale voorzieningen piramide. Topprioriteit is dan ook het blijven versterken van de binnenstad. De Schil biedt kansen voor ontwikkelingen welke gezien hun omvang niet in de binnenstad passen. In het actieprogramma binnenstad zijn de straten met voorzieningen in de Schil, zoals de Spuiweg, niet getypeerd als een A-locatie voor winkelvestiging, maar als een gemengde aanloopstraat.

Naast de grootschalige clusters van voorzieningen op het Leerpark en bij de Sportboulevard, zijn er ook mogelijkheden voor het vestigen van voorzieningen op een lager schaalniveau gericht op de ondersteuning van de binnenstad. Dit kan bijvoorbeeld uitwerking krijgen in de ondersteuning, vestiging en uitbreiding van de hogere onderwijsinstellingen.

Bestaande bedrijven kunnen, voorzover er geen milieuprobelemen zijn, worden ingepast.