Plannaam:
Staart
Status:
Vastgesteld
Plantype:
gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Idn:
NL.IMRO.0505.BP187Staart-3001

HOOFDSTUK 2 Planbeschrijving

 

2.1 Historie

 

Tot 1421: ontstaan en ondergang van de Grote Waard
Het plangebied heeft tot de Sint Elisabethsvloed van 1421 deel uitgemaakt van de in de 13e eeuw ontstane Grote of ZuidHollandse Waard. Deze Grote waard kreeg in opdracht van de Graaf van Holland vorm door een aantal kleinere 11e-12e-eeuwse waarden met een ringdijk te omgeven. De noordgrens werd gevormd door de dijk langs de rivier de Merwede. Die dijk was waarschijnlijk aangelegd op de rivieroeverwal.
Het gebied direct ten zuiden van de rivierdijk behoorde tot het bezit van de Heren van der Merwe. Zij lieten in hun heerlijkheid rond 1300 een groot en verdedigbaar woonhuis bouwen op de oever: het Huis te Merwede. Vlakbij het huis werd ook een grote stenen schuur gebouwd, mogelijk een tiendschuur voor de opslag van graan uit hun heerlijkheid.

Het gebied was, getuige meerdere vondsten, in elk geval deels ook al in de Romeinse tijd bewoonbaar. Gezien het ontstaan van rivier de Merwede circa 440 na Chr. moet deze bewoning op een oudere dieper gelegen stroomgordel hebben gelegen.

 
[image]

 

Reconstructie van een deel van de laatmiddeleeuwse Grote Waard met het gebied van de heerlijkheid Van de Merwede. Het hele plangebied valt hierbinnen.

Tussen 1421 en 1424 brak onder andere bij de Kop van het Oude Wiel, maar ook op andere locaties, de rivierdijk van de Merwede door en zette de Grote Waard geheel onder water. Herstel van de dijk lukte niet, de overstroomde waard werd economisch onbruikbaar en verlaten. De resten van het in 1418 al deels verwoeste Huis te Merwede bleven als een scheepvaartbaken in het ontstane grote binnenmeer boven water zichtbaar.

 

Tot 1902: ontstaan van Merwegronden en Merwepolders
In de 17e eeuw begon het gebied van de vroegere Grote Waard aan de noordzijde weer langzaam op en aan te slibben, vooral rond de vroegere rivierdijk. De aangeslibde gronden worden op 17e-eeuwse kaarten aangeduid als Opgecomen Landen. Het steeds verder slinkende binnenmeer wordt eerst aangeduid als Biesbos. Sinds circa 1724 wordt het oostelijke deel ook aangeduid als Wantij of "Vaarwater naar Geertruidenberg boven Westergoot" en het westelijke deel "De Houtvlotten". De nieuwe gronden worden dan Merwegronden genoemd. Er ontstaan vervolgens diverse gorsen, omkadingen en polders.

Gors/Polder/Plaat

Jaar

 

Oost Merwepolder

1782

 

Sionpolder

1782

 

Grensblok

 

griend <1833

Merwepolder

1816

met het Huis te Merwe

Kerk(e)plaat

Ca 1830

 

 

 

 

De Staart of West Merwepolder

<1832

= oorspronkelijk Polder van Schram + Polder van Wijngaarden, sinds 1852 West Merwepolder genoemd

De Smoker

<1848

griend <1833

De Kleine Rug

Ca 1850

griend <1833

De Grote Rug

<1880

griend <1833

Grenspolder

1870

samenvoeging Sionpolder en Grensblok

Gors De Staart

Ca 1872

ten westen van Staart-of West Merwepolder

 

 

 [image]

 

De nieuwe Merwepolders en de polder De Staart op een kaart uit 1833.

 

Sinds circa 1866 wordt voor de vaarweg naar Geertruidenberg – tevens de zuidgrens van het plangebied Staart - alleen nog de naam Wantij gebruikt.
Sinds circa 1869 wordt de rivier de Merwede meestal Beneden - Merwede genoemd, ter onderscheiding van de nieuw aangelegde Nieuwe Merwede.

Na 1902: ontstaan en ontwikkeling van De Staart
In het begin van de 20e eeuw zocht de gemeente Dordrecht naar mogelijkheden tot uitbreiding van de industriële activiteiten binnen de stad en het lag voor de hand dat het oog viel op de vrijwel onbebouwde Staart. In de loop der voorgaande eeuwen was het gebied van de Staart in geofysische zin redelijk stabiel geworden. Toen de keus eenmaal gemaakt was, verliep de ontwikkeling van de Staart als industrie- en woongebied relatief snel. In minder dan een eeuw tijd werd het eiland geleidelijk, vanuit het westen naar het oosten, volgebouwd met industriële complexen en woningen.
Het gebied heeft heden ten dage een voornamelijk industrieel karakter, ruim 2/3 van het grondgebied. Opvallend is hoe het woongebied zich in antwoord op de groei van de bedrijvigheid ontwikkeld heeft.

De moderne ontwikkeling van de Staart begon met een beslissing van de Gemeenteraad van Dordrecht in 1901 om het gors - het huidige westelijke deel van het terrein van de kop van de Staart tot het begin van de Merwedestraat - grotendeels te laten transformeren in een haven- en industrieterrein en een klein deel aan de zuidwestkant geschikt te maken voor een woonbuurt. Voor de inrichting als werk- en woongebied was het wenselijk om het overgrote deel van het gors tot een vloedvrij niveau op te hogen - “met het ophoogen van een gedeelte van het gors De Staart werd aangevangen in 1902” – meldde het Dordrechts Nieuwsblad in 1910.

 

De ontwikkeling van de Staart wordt weergegeven in de kaart op de volgende pagina aan de hand van sectoren. De sectoren zijn ook uitgezet tegen de tijdsperiode waarin hun ontwikkeling plaatsvond om het signaleren van bebouwing met een zekere/mogelijke historische waarde te vergemakkelijken.

 

Een grote bijdrage tot de ontsluiting van de kop van de Staart werd geleverd door de opening van de vaste Prins Hendrikbrug over het Wantij in 1910. In 1912 werd de Eerste Merwedehaven uitgegraven, die een krachtige impuls gaf voor de verdere ontwikkeling van het industrieterrein. De vestiging van deze bedrijven in het noordelijk deel van het gebied leidde tot woningbouw in het zuidelijke deel: o.a. tot het eerste gedeelte van de woonwijk Het Noorderkwartier.

Het noordelijk deel van de West Merwedepolder was intussen industrieterrein geworden. De eerste daar gebouwde fabriek was die van Lips in 1919. Het nieuwe industrieterrein kreeg ook een railverbinding langs de Merwedestraat. De railverbinding werd in 1923 om de Eerste Merwedehaven heen doorgetrokken, ten behoeve van een aantal rond de haven gevestigde bedrijven, o.a. de N.V. Dordtse Metaalindustrie "Johan de Witt" en de Handelsmaatschappij "Montan". Dat leidde weer tot de bouw van het overige deel van de woonwijk "Het Noorderkwartier" en een tiental jaren later tot de woonwijk "De Rivierenbuurt". Zo ontstond de woonwijk "de Staart".

In de crisisperiode van de jaren dertig vond er weinig nieuwe industriële ontwikkeling plaats.

Na de oorlog werd de woningbouw hervat ten oosten van "De Rivierenbuurt". De Dommelstraat en de Dintelstraat werden in deze periode aangelegd ter ontsluiting van een gebied met noodwoningen die later - in de jaren ‘70 - weer werden gesloopt.

 

 

 [image]

FASE 1

1900-1911

I-1

Het oudste industriegebied van de Staart, op het meest westelijke deel van de Staart, o.a. de Scheepswerf Dordrecht en de Hoefijzerfabriek ‘Hippos’ (nb buiten het bestemmingsplangebied Staart)

W-2

Woningen behorende bij scheepswerf De Biesbosch (nb buiten het bestemmingsplangebied Staart)

Prins Hendrikbrug en Brugwachterwoning (1909/1910)

FASE 2

1912- 1945

I-1

Terrein rondom (1e) Merwedehaven en o.a. Sloten- en sleutelfabriek Lips (1919), de N.V. Dordtse Metaalindustrie Johan de Witt en Handelsmaatschappij ‘Montan’

W-3

Arbeiderswijk ‘Het Noorderkwartier’, 1e en 2e fase (1914-1921)

W-4

‘De Rivierenbuurt’ (1933-35)

FASE 3

1945-

1959

I-2

 

Terrein rond gemeentelijke elektriciteitscentrale (1949)
Kolenhaven en 2e Merwedehaven (1952)

W-5

Voormalig noodwoningen terrein (Naoorlogse jaren)

Tegenwoordig ‘drive-in’ woningen uit de jaren ‘70

W-6

‘De Verzetsheldenbuurt’ (1953-1954)

FASE 4

1959-1973

 

I-3

 

Du Pont de Nemours terrein (1959)

Merwedebrug (1967)

I-4

Waterleidingsbedrijf terrein (1965)

Spaarbekken Grote Rug (1969)

W-7

Woonwijk ‘De Merwedepolder’, 1e en 2e fase (1961-74)

FASE 5

Rond 1980

I-5

Vuilverwerkende industrie

 

 

De bouw van een grote elektriciteitscentrale ten oosten van de Eerste Merwedehaven in 1949 gaf een grote impuls voor de ontwikkeling van het oostelijk haven- en industriegebied, ondermeer resulterend in de aanleg van de Kolenhaven en Tweede Merwedehaven in 1952. Deze nieuwe industriële uitbreiding was opnieuw oorzaak van verdere activiteiten in de woningbouw en leidde tot de "Verzetsheldenbuurt".

De komst van het internationale chemische concern DuPont de Nemours in 1959 was een belangrijk gebeurtenis voor de Staart en was aanleiding voor de totstandkoming van Baanhoekhaven en de 1e fase van de woonwijk "De Merwedepolder".

In 1965 vestigde het Waterleidingbedrijf zich ten zuiden van de Baanhoekweg. Een paar jaar later, in 1969, werden de polders de Kleine Rug en de Grote Rug ontpolderd en omgevormd tot een groot drinkwaterspaarbekken. De oude Westergoot of het Gat van de Baanhoek werd verbreed en omgevormd tot jachthaven De Westergoot.

De in 1967 gereed gekomen Merwedebrug (Papendrechtse brug) over de Beneden Merwede voorzag Dordrecht en de Staart van een vaste oeververbinding via de N3 met de Alblasserwaard. Als gevolg hiervan verbeterde ook de ontsluiting van de Staart als geheel. De laatste fase van de woningbouw op het gebied bestond voornamelijk uit de bouw van het tweede, oostelijke deel van de woonwijk "De Merwedepolder".

In de jaren tachtig van de vorige eeuw vond er verdere ontwikkeling van het meest oostelijk gelegen industriegebied plaats. Hier verschenen faciliteiten voor vuilverwerking. Een paar jaar gelden werd de afvalverbrandingsinstallatie uitgebreid met een 5e lijn. Ook is een afvalwaterzuiveringsinstallatie gerealiseerd tussen HVC en DuPont.

 

Invloed van de scheepvaart op de ontwikkeling van het gebied
Vanaf het begin van de 20e eeuw was Dordrecht vooral een haven voor de riviervaart en slechts in uiterst beperkte mate voor de zeevaart.
“Dordrecht was in de negentiende en twintigste eeuw – net als in de voorgaande tijd- een thuishaven voor rijnschepen en stoom- en motorsleepboten ten behoeve van de rivier- en binnenvaart. Rond 1920 waren er volgens een opgave zo’n 250 rijnschepen (totaal 200.000 ton) en 125 sleepboten gestationeerd, terwijl wekelijks ongeveer 240 beurtschepen de stad aandeden. De faciliteiten voor binnenvaart waren aanvankelijk vooral in de oude havens geconcentreerd. In het kader van de groei werd echter een grote, nieuwe haven voor binnenscheepvaart gerealiseerd, de (Eerste) Merwedehaven op de Staart (1912). Deze haven lag gunstig aan de, als onderdeel van de aanzienlijk verbrede en verdiepte hoofdroute naar het Duitse achterland, zeer druk bevaren Beneden Merwede en Noord. Na de Tweede Wereldoorlog volgden dan ook nog een Tweede en zelfs een Derde Merwedehaven. De binnenscheepvaart en de transito namen in de twintigste eeuw sterk toe, maar vooral door de sterke concurrentie van Rotterdam is de Dordtse zeehandel toch nooit een echte concurrent geworden. De achteruitgang van houtaanvoer over de Rijn – hout werd steeds meer vanuit Amerika aangevoerd – en daling van de kolenoverslag waren hiervan belangrijke oorzaken. Dordrecht is onder invloed van de havenaanleg dan ook in de eerste plaats thuishaven en vestigingsplaats voor industrie geworden in plaats van een overslaghaven voor riviervaart.” (bron: Lamberts B, Niemeijer A.F.J. (2002) Dordrecht, Architectuur en stedenbouw 1850-1940, Gemeente Dordrecht, Waanders uitgevers, Zwolle)

 

Naam van de haven of aanverwante structuur

Jaar

Noordelijke en Zuidelijke haventjes (buiten plangebied)

1901

Eerste Merwedehaven

1912

Kolenhaven (op terrein voormalige Electriciteitscentrale)

1949

Tweede Merwedehaven

1952

Baanhoekhaven (Du Pont de Nemours terrein)

Rondom 1958-1962

Spaarbekken De Grote Rug en jachthaven Westergoot

1969

 

 

 

Het ensemble van havens en aanverwante structuren op de Staart - die een niet onaanzienlijk deel van de oppervlakte innemen - hebben cultuurhistorische waarde, omdat het de 20e-eeuwse ontwikkeling van de Staart goed reflecteert.

 

 

2.2 Bestaande ruimtelijke en functionele structuur

 

De Staart ligt aan de noordkant van het eiland van Dordrecht, tussen de Beneden - Merwede en het Wantij. Aan de westkant wordt het gebied begrensd door de Stadswerven, in het oosten door de spoorlijn Dordrecht - Geldermalsen. Het westelijke deel, dat nabij de binnenstad ligt, heet Staart-West, het oostelijke deel van de Staart, dat aansluit op het natuurgebied de Hollandse Biesbosch, is Staart-Oost. Het park langs het Wantij en de Westergoot is onderdeel van de groene wantijzone met mooi zicht en relatie met water.

 

De Staart is een buitendijks woon- en werkgebied. De Merwedestraat en Baanhoekweg vormen de belangrijkste gebiedsontsluitingswegen in het gebied en zijn geasfalteerd en voorzien van laanbeplantingen. Aan de noordzijde van de Merwedestraat en de Baanhoekweg hebben zich bedrijven gevestigd; hier is de weg functioneel ingericht op transportverkeer en vervoer van zwaar materieel.

Het gebied kent twee nevencentra met winkelvoorzieningen waar rekening is gehouden met het verblijfskarakter en waar het wonen onderdeel is van de totaalopzet. Andere voorzieningen, zoals scholen, staan meestal als losse bebouwing in het groen.

Het Noorderkwartier vertegenwoordigt de ambachtelijke wijze van bouwen met kenmerken van de Amsterdamse School en is na een tweede renovatie als een bijzonder cultuurhistorisch waardevol complex aan te merken. Daarnaast is de ruïne Huis te Merwede een historisch icoon en dateert uit eind 13e eeuw; het vertegenwoordigt de kasteelbouw uit die periode. Door middel van markeringen op het maaiveld wordt de oorspronkelijke omvang van de burcht zichtbaar gemaakt. Ook is het gebied met wandelpaden toegankelijk.

 

De in de loop der tijd veranderende stedenbouwkundige en sociale opvattingen zijn duidelijk herkenbaar in de verschillende delen van de Staart. Zo verandert het straatbeeld van gesloten bouwblokken, waarbij de straatruimte gevormd wordt door de massa van de bouwblokken naar een meer open verkaveling, waarbij de straten nog wel herkenbaar zijn, maar de bouwblokken meer in de ruimte geplaatst zijn.

In het westelijke woondeel is een duidelijke scheiding aanwezig in gebieden met een collectief karakter, de openbare ruimte of voorkant en gebieden met een privékarakter of achterkant. Aanééngesloten bebouwing in de rooilijn. De herhaling van de nagenoeg gelijke bebouwing zorgt voor rust en samenhang. De woongebieden worden overwegend als verblijfsgebied gekenmerkt en hebben een typische 70-jaren ingedeelde straat- en erfkarakter. Sommige smalle straten hebben een strokenindeling met rijbaanmarkering en parkeervakken. De rijweg van het historisch waardevolle gebiedsdeel is voorzien van gebakken klinkerbestrating. In het oostelijk deel is de bebouwing opener van karakter; ruime straatprofielen, open bouwblokken en verspringingen in de rooilijn bepalen het beeld. Door het half open karakter liggen de binnengebieden, zijtuinen en erfafscheidingen in het zicht. In de straten van Staart - Oost is de ruimte tussen de woonblokken groter en gebaseerd op woonerven bedoeld voor het bereiken van de woningen, spelen en parkeren. Hier is een compositie aangebracht met divers bestratingsmateriaal, plantsoenbeplantingen, parkeervakken en enkele straatbomen.

 

Het plangebied bestaat uit de volgende deelgebieden:

 

A) Staart West

Het Noorderkwartier is rond 1915 gebouwd. Hier staan voornamelijk arbeiderswoningen. Het centrale deel van de wijk bestaat uit eengezinskoopwoningen uit de dertiger jaren. Het oostelijke deel bestaat uit een menging van 3 laags appartementen en eengezinswoningen uit de jaren ‘60. Rondom Plein 1940-1945 zijn enkele niet-woonfuncties aanwezig, enkele dienstverlenende bedrijven en detailhandel.

 

B) Merwedepolder

De woonwijk Merwedepolder is gebouwd in de jaren ’70 en ’80. In het westelijke deel komt veel hoogbouw voor. Het centrale deel kent een menging van hoogbouw en enkele voorzieningen, waaronder een supermarkt. Verder naar het oosten komen eengezinswoningen voor met aan de randen appartementencomplexen.

Hier bevinden zich ook veel seniorenwoningen. Het merendeel is in particulier eigendom.

 

C) Spaarbekken

Het spaarbekken is aan het eind van de jaren ’60 aangelegd om de stad van drinkwater te voorzien. Rondom het spaarbekken bevinden zich recreatieve functies zoals de jachthaven en de golfbaan.

 

D) Industriegebied Merwedehavens

De Eerste Merwedehaven bestaat uit kleinschalige en grootschalige bedrijvigheid, beperkte detailhandel en watergebonden bedrijvigheid. De Oostpoort is het terrein van de voormalige elektriciteitsfabriek. Op dit moment ligt het terrein grotendeels braak.

In het oostelijke deel van de Kolenhaven is een ligplaats voor kegelschepen. Dit zijn schepen met een gevaarlijke lading.

Rondom de Tweede Merwedehaven zijn verschillende kadegebonden en niet-kadegebonden bedrijven gevestigd, naast een maatschappelijke functie in de vorm van de gevangenis. DuPont is een groot chemiebedrijf met een groot eigen terrein en milieuzoneringen op het gebied van externe veiligheid, geluid en emissies.

Ten oosten van dit terrein staan verschillende afvalverwerkende bedrijven. Het gehele industrieterrein kent een natuurlijk verloop van bedrijfsactiviteiten.

Ten zuiden hiervan zijn de Merwehal en de productielocatie van waterbedrijf Evides gevestigd.

 

E) Groen en recreatie

Op de Staart bevindt zich ook de ruïne van Huis ter Merwede. In het oostelijke deel ligt de voormalige stortplaats Crayenstein-West, die nu afgedekt is.

Ook een deel van de golfbaan valt binnen het groene deelgebied.

 

 

2.3 Toekomstige situatie

 

Zoals in de inleiding vermeld is er voorafgaand aan het opstellen van het bestemmingsplan een Nota van Uitgangspunten vastgesteld.

 

Algemeen
Het algemene uitgangspunt voor het bestemmingsplan is dat de bestaande functies en bebouwingskarakteristiek gehandhaafd blijven.

 

Voor de woonwijk Staart - West zijn de huidige woon- en maatschappelijke functies conform huidig gebruik bestemd, met enige flexibiliteit voor de maatschappelijke functies. Dit heeft te maken met beperkingen vanwege externe veiligheid, vooral in het oostelijke deel van deze wijk. In hoofdstuk 4.5 wordt uitgelegd wat externe veiligheid is. De Wantijoever blijft vrij van bebouwing en heeft een groene bestemming gekregen.

 

Voor de woonwijk Merwedepolder zullen, gelet op de ligging, maatbestemmingen worden opgenomen. Deze hele wijk valt binnen het invloedsgebied van DuPont en daarom worden nieuwe ontwikkelingen niet mogelijk gemaakt. Vervanging van bestaande bebouwing is uiteraard wel mogelijk.

 

Het bedrijvengebied heeft een bedrijfsbestemming verkregen. In het totale gebied zal door middel van milieuzonering rekening worden gehouden met bestaande woonwijken en de toekomstige ontwikkelingen op Stadswerven. In het algemeen dient een zo hoog mogelijk milieucategorie mogelijk te zijn, gezien de beperkt beschikbare ruimte voor deze bedrijven. De meest belastende bedrijven zijn en zullen zover mogelijk van de woongebieden - worden - gesitueerd.

 

De terreinen langs de haven zijn zeer geschikt voor watergebonden bedrijvigheid. Mocht een zogenaamde natte invulling niet lukken binnen de planperiode, dan is een andere invulling mogelijk door middel van een flexibiliteitsbepaling in het bestemmingsplan. Bestaande droge functies en niet-industriële functies hebben een passende regeling gekregen.

De havenbekkens hebben een andere bestemmingsregeling dan de rivier, namelijk met bedrijfsgebruiksmogelijkheden. Hierdoor blijft het mogelijk bedrijfsmatige activiteiten als scheepsbouw, reparatie, overslag etc. te ontplooien.

Voor de ligplaatsen van de kegelschepen geldt sectorale regelgeving (ADNR). In het bestemmingsplan is hiervoor dan ook geen regeling getroffen.

Voorzieningen als de gevangenis Dordtse Poorten en functies als Ruïne Huis ter Merwede en het spaarbekken zijn conform huidig gebruik bestemd.

De diverse recreatieve voorzieningen zijn als zodanig bestemd. De voormalige stortplaats Crayensteyn-West is bestemd tot Groen met de mogelijkheid voor extensieve recreatie.

Het voorterrein van deze stortplaats is bestemd als bedrijfsterrein, met een passende bouwhoogte en milieucategorie die niet conflicteert met de woongebieden en de recreatie in de Biesbosch.

 

Initiatieven/ontwikkelingen

Per gebiedsdeel zijn de initiatieven/ontwikkelingen benoemd en is een voorstel gedaan voor de wijze van regeling in dit nieuwe bestemmingsplan.

Onderstaand wordt dit onderdeel uit de Nota van Uitgangspunten ingevoegd. Daarna wordt toegelicht hoe een ander in het bestemmingsplan is opgenomen. Door het tijdsverloop kan de situatie gewijzigd zijn of de informatie gedateerd zijn.

 

1. Maasstraat 23-25

Onzekerheid over de toekomst van het kantoor wijkcentrum, naast het kinderdagverblijf. Ligt in Stedelijke Ecologische Structuur. Wantijoever vrijhouden van bebouwing.

Voorstel: opnemen met bestemming Maatschappelijk met wijzigingsbevoegdheid

naar Groen.

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen.

 

2. Noorderkwartier

Diverse kleine winkelpanden in deze woonbuurt staan leeg.

Geen concreet beleid over wijziging detailhandelstructuur. Gezien de ligging en

eigendom (Woonbron) kan hier gewoond worden.

Voorstel: opnemen met bestemming Wonen met aanduiding "detailhandel".

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen.

 

3. Wantijschool & Gymzaal

Schoolgebouw voor basisonderwijs met een gymlokaal.

In groepsrisicogebied DuPont. Scholen zijn recent opgeknapt.

Voorstel: opnemen met bestemming Maatschappelijk met aanduiding "onderwijs".

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen.

 

4. Plein 1940–1945

Het buurtwinkelcentrum vervult deze functie niet meer.

In groepsrisicogebied DuPont. Geen concrete ideeën over wijziging Detailhandelstructuur Staart.

Voorstel: huidige bestemming handhaven (bestemming Gemengd).

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen (bestemming Gemengd - 1).

 

5. Merwedestraat 275-277

Stichting HOME en de dansers van Seven Source maken gebruik van deze gemeentelijke

panden. Binnen invloedsgebied gevaarlijke stoffen van de N3. Geen verplichte saneringssituatie.

Toename aantal personen in invloedsgebied transport gevaarlijke stoffen N3 voorkomen.

Voorstel: opnemen met bestemming Maatschappelijk met wijzigingsbevoegdheid

naar Groen.

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen.

 

6. Filterhuis

Een particulier wil van dit filterhuis een bijzondere woning maken.

Afzonderlijk bestemmingsplan opgesteld.

Voorstel: afzonderlijk bestemmingsplan overnemen.

De gemeenteraad heeft op 17 april 2012 het bestemmingsplan "1e herziening Merwedepolder, locatie Filtergebouw" vastgesteld. Op 5 juli 2012 is het plan in werking getreden. Deze herziening is in het bestemmingsplan De Staart opgenomen.

 

7. Rivierenplein

Het buurtwinkelcentrum vervult deze functie niet meer.

In groepsrisicogebied DuPont. Geen concrete ideeën over wijziging Detailhandelstructuur Staart.

Voorstel: huidige bestemming handhaven (bestemming Gemengd).

Bestemmingsplan: omdat er meerdere gemengde bestemmingen zijn, is hiervoor de bestemming Gemengd-1 opgenomen. Dit is conform het voorstel.

 

8. Merwelanden

Verzorgingstehuis Merwelanden heeft uitbreidingswensen. Hier wonen minder zelfredzame personen. Dichtbij DuPont zorgt voor verdere overschrijding oriëntatiewaarde. Toename aantal personen binnen invloedsgebied groepsrisico voorkomen.

Voorstel: bestaand verzorgingstehuis opnemen met bestemming "Maatschappelijk". Uitbreiding niet mogelijk maken.

Bestemmingsplan: het verzorgingstehuis is op maat bestemd (bestemming Maatschappelijk met de aanduiding "zorginstelling"). Uitbreiding is niet mogelijk.

Naar aanleiding van de inspraakreactie is de bestemmingsregeling gewijzigd. Verwezen wordt naar hoofdstuk 7.1.

 

9. Scholen (Wielingenstraat 103, Volkerakweg 60)

Er wordt onderzocht of deze basisscholen samen kunnen. Ook andere functies worden

daarbij betrokken (Rietschors).

Voorstel: huidige scholen opnemen met bestemming Maatschappelijk met aanduiding "onderwijs".

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen.

 

10. Rietschors (Boterdiepstraat 12)

Buurthuis, waarbij over de toekomst van buurthuizen in Dordrecht wordt gesproken.

Zolang er geen duidelijkheid is over toekomst buurthuis, maatschappelijke

bestemming houden.

Voorstel: opnemen met bestemming "Maatschappelijk" met wijzigingsbevoegdheid naar "Groen".

Bestemmingsplan: het gebouw is inmiddels gesloopt. In onderhavig bestemmingsplan is het perceel bestemd tot "Groen".

 

11. Merwehal en omgeving.

De huidige activiteiten binnen de Merwehal worden positief bestemd. De eigenaar van het complex heeft ideeën over uitbreiding. Overleg en onderzoek is gaande naar de mogelijkheden voor:

  1. het in gebruik nemen van de leegstaande ruimten in de bestaande hal;

  2. de totstandbrenging van extra bedrijfsbebouwing (bedrijvenverzamelgebouw en/of botenloods) op het westelijk deel van het terrein.

Vanwege de ligging nabij DuPont is externe veiligheid een belangrijk aandachtspunt en onderzoeksopgaven (met name groepsrisico, waarbij onderzocht wordt of bedrijvenverzamelgebouw en botenloods acceptabel zijn). De functie van een

bedrijvenverzamelgebouw kan passend zijn op het bestaande bedrijfsterrein.

De botenloods betekent een uitbreiding van de bestaande jachthaven Westergoot met bijbehorende voorzieningen.

Medewerking verlenen indien toetsingen positief uitvallen en voor 1-1-2012 overeenstemming met eigenaar is bereikt.

Verdere toetsing (stedenbouw, verkeer, groen, etc.) volgt.

Voorstel: bestaande bebouwing en functies positief bestemmen. Uitbreidingen alleen mogelijk maken als aan genoemde randvoorwaarden wordt voldaan.

Bestemmingsplan: de Merwehal is op maat bestemd door middel van de bestemming Gemengd-3.

Het bedrijfsverzamelgebouw en de botenloods zijn in dit bestemmingsplan uiteindelijk niet mogelijk gemaakt. Door het ontbreken van een overeenkomst is het kostenverhaal namelijk niet verzekerd (artikel 6.12 Wet ruimtelijke ordening).

Ter plekke van het beoogde bedrijfsverzamelgebouw is de grond bestemd tot Gemengd-3, evenwel zonder de aanduiding “bouwvlak”. De onbebouwde gronden mogen alleen voor parkeerdoeleinden worden gebruikt. Ter plaatse van de beoogde botenloods is de grond bestemd tot “Groen” met de aanduiding “parkeerterrein”. Dit is de functie waarvoor destijds een vrijstelling is verleend (artikel19 Wet op de Ruimtelijke Ordening oud). Deze functie is tot op heden niet gerealiseerd.

 

12. Bunkerstation Slurink

Medio 2012 (dit is de tekst uit de Nota van Uitgangspunten; dit wordt medio 2013) staat de verplaatsing van het bunkerstation gepland met de daarbij behorende ondergeschikte detailhandel gericht op de scheepvaart.

Belangrijk voor het functioneren van de binnenvaart.

Voorstel: bestemming gericht op bunkerstation opnemen.

Bestemmingsplan: het bunkerstation is op maat bestemd (bestemming Bedrijf met de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - bunkerstation"). De benodigde vergunningen voor het station zijn verleend.

 

13. Montanlocatie

Vrijgekomen locatie nadat loods is gesloopt. Langs haven natte activiteiten, langs Kerkeplaat droog. Aantal bedrijfskavels met kade is beperkt. Bij voorkeur invulling

met watergebonden bedrijven.

Voorstel: opnemen met bestemming gericht op "natte" activiteiten.

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen door middel van de bestemming "Bedrijf" met de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - watergebonden bedrijf".

 

14. Uitbreiding Luijten

Betreft uitbreiden van gebouw aan de oostzijde van de bestaande bebouwing.

Plasbrandaandachtsgebied als gevolg van vervoer van gevaarlijke stoffen over de N3 vereist een vrije zone van 30 meter.

Voorstel: opnemen in bestemmingsplan indien onderzoeken aangeven dat dit kan.

Bestemmingsplan: dit uitbreidingsplan werd aanzienlijk gewijzigd. Op grond van het geldende bestemmingsplan Gebied Oostpoort e.o. is een omgevingsvergunning verleend voor een geringe uitbreiding. Die uitbreiding is in dit bestemmingsplan meegenomen.

 

15. Oostpoort

In collegeprogramma geen leisure, geen detailhandel, geen kantoren, maar bedrijfsmatige activiteiten met accent op maritieme dienstverlening.

Bedrijfsmatige invulling past binnen beleid. Nat deels mogelijk langs Kolenhaven.

Overig terrein ongeschikt voor nat gebruik.

 

Voorstel: uitgaan van de bebouwings- en gebruiksmogelijkheden welke in het

bestemmingsplan uit 2009 zijn opgenomen, rekening houdend met landelijk gewijzigde veiligheidszones langs de N3.

Bestemmingsplan: het bestemmingsplan Gebied Oostpoort e.o. is overgenomen in onderhavig bestemmingsplan met drie wijzigingen:

1. het terrein naast de kolenhaven is bestemd tot "Bedrijf" met de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - watergebonden bedrijf"; op dit terrein mogen alleen watergebonden bedrijven worden gevestigd (de regeling bevat een flexibiliteitsbepaling); dit is een nieuw element ten opzichte van de bedrijfsregeling uit het vigerende plan; de bebouwingsmogelijkheden zijn met het oog op dit gebruik verruimd (mobiele kranen voor bijvoorbeeld containeroverslag);

2. de bebouwingsmogelijkheden langs de N3 zijn verruimd. Het vigerende bestemmingsplan Gebied Oostpoort e.o. staat niet toe dat binnen 51 meter gemeten vanuit de zijkant van de weg mag worden gebouwd. Dat is in onderhavig bestemmingsplan vastgesteld op 30 meter. Deze wijziging is een gevolg van landelijk gewijzigde regelgeving.

 

In de zone tussen de toegestane bebouwing en de N3 mogen op grond van het geldende bestemmingsplan Gebied Oostpoort e.o. alleen personenauto´s en vrachtauto´s worden geparkeerd met dien verstande dat parkeren van voertuigen geladen met gevaarlijke stoffen zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen niet is toegestaan. Deze regeling is overgenomen, evenwel met een afwijkingsbevoegdheid voor andere gebruiksvormen. Uit het oogpunt van brandveiligheid zijn aan deze bevoegdheid de volgende criteria verbonden:

  • alleen opslag van niet-brandbare goederen (geen werkzaamheden en geen gebouwen);

  • positief advies van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid.

Deze regeling geeft enige ruimte voor het gebruik van deze gronden (uiteraard binnen een bedrijfsbestemming) en zonder dat de veiligheidssituatie achteruit gaat.

3. de maximumvloeroppervlakte aan bedrijfskantoren per bedrijf is gesteld op 1.500 m2 per bedrijf; dit geldt voor de gronden met de aanduiding "veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen". In het bestemmingsplan Gebied Oostpoort e.o. gold die beperkende regeling voor een kleinere zone (veiligheidszone 2).

 

16. Verwijdering spoorbaan

Deel spoorbaan dat niet meer gebruikt wordt, zal mogelijk worden verwijderd.

Nader bodemonderzoek wordt uitgevoerd. Over uitvoering hiervan wordt met

Prorail onderhandeld. Deze tekst uit de Nota van Uitgangspunten is achterhaald, zie hierna.

Voorstel: Afhankelijk van gesprekken met Prorail. Spoorbaan bestemmen

als Groen in plaats van Verkeer.

Bestemmingsplan: Met ProRail is overeenstemming bereikt. De spoorbaan zal in september 2012 worden verwijderd. Voor de spoorbaan is dus geen bestemmingsregeling getroffen.

 

17. Mogelijkheden oostzijde Kerkeplaat.

Er ligt een smalle strook braak tussen de Kerkeplaat en de gevangenis.

Interessante bedrijfslocatie gezien oppervlakte. Stedenbouwkundig open

zicht op water wenselijk. Deels open ruimte houden naast PI wenselijk.

Voorstel: vanwege belang van open zicht op water hier geen bouwmogelijkheden opnemen.

Bestemmingsplan: de gronden zijn bestemd tot Verkeer. Er zijn dus geen bouwmogelijkheden opgenomen.

 

18. Bestemming stortplaats

De stortplaats Crayenstein - West is afgedekt. HVC draagt het terrein over aan

de provincie.

Voorstel: opnemen met bestemming Groen waarin extensieve recreatie mogelijk is.

Onder voorbehoud van mogelijkheden binnen groepsrisico.

Bestemmingsplan: dit voorstel is overgenomen. De voorgenomen gebruiksmogelijkheden zijn onderzocht in het kader van het groepsrisico vanwege DuPont (zie hoofdstuk 4.5, externe veiligheid).

 

19. Bestemming voorterrein voormalige stortplaats

Dit terrein is nooit gebruikt als stortplaats, eigendom van HVC. Bedrijfsmatige invulling is mogelijk.

Voorstel: opnemen in bestemmingsplan met bestemming Bedrijf en bouw- mogelijkheden indien onderzoeken aangeven dat dit kan.

Bestemmingsplan: aan de gronden is een bedrijfsbestemming toegekend met bouwmogelijkheden. Het initiatief is meegenomen in de milieuonderzoeken voor dit bestemmingsplan. In hoofdstuk 4 wordt aan deze onderzoeken aandacht besteed.