direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
vastgesteld
NL.IMRO.0590.bv02woongebied-3002

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving
4.1.1 Doeleinden

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven van categorie 1 en 2, die zijn opgenomen in de Staat van bedrijfsactiviteiten die als Bijlage 1 bij deze regels is gevoegd, met inbegrip van bedrijfsgebonden kantoren en met uitzondering van:
    • 1. geluidzoneringsplichtige inrichtingen en
    • 2. risicovolle inrichtingen;
  • b. zelfstandige kantoren en/of dienstverlening uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' met inachtname van het bepaalde in artikel 4.3.2;
  • c. volumineuze detailhandel uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bestaand gebruik' en overeenkomstig de Lijst bestaand gebruik die als Bijlage 2 bij de regels is gevoegd;
  • d. verkooppunten motorbrandstoffen met lpg (met de daarbij behorende detailhandel in de vorm van een tankshop) uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstof met lpg';
  • e. verkooppunten moterbrandstoffen zonder lpg (met de daarbij behorende detailhandel in de vorm van een tankshop) uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstof zonder lpg';
  • f. een transportbedrijf in categorie 4.1 uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - transportbedrijf';
  • g. een (straat)reinigingsbedrijf uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - reinigingsbedrijf';
  • h. een brandweerkazerne en politiebureau uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - brandweerkazerne en politiebureau';
  • i. parkeervoorzieningen ten behoeve van de toegelaten functies;
  • j. ondergrondse spoorwegen met de daarbij behorende voorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'railverkeer'.
4.1.2 Dubbelbestemmingen en aanduidingen

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 30.1

4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op de voor 'Bedrijf' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bedrijfsgebouwen ten behoeve van de in artikel 4.1 genoemde bestemming, met dien verstande dat bedrijfswoningen niet zijn toegestaan;
  • b. bijbehorende bouwwerken;
  • c. andere bouwwerken zonder dak.
4.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. binnen het bouwvlak mogen de bedrijfsgebouwen, bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken zonder dak worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' het aangeduide maximale bebouwingspercentage geldt;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' mag de goothoogte maximaal de aangeduide hoogte bedragen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' mag de bouwhoogte maximaal de aangeduide hoogte bedragen.
4.2.3 Regels buiten de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen buiten de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. buiten het bouwvlak mogen uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd;
  • b. buiten het bouwvlak mag een overkapping uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – overkapping';
  • c. buiten het bouwvlak mag een luifel dieper dan 1 meter uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - luifel';
  • d. de bouwhoogte van de overkapping of luifel mag maximaal 6 meter bedragen;
4.2.4 Andere bouwwerken zonder dak

Voor het bouwen van andere bouwwerken zonder dak gelden de volgende regels:

  • a. deze mogen binnen en buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte mag maximaal 6 meter bedragen, met uitzondering van:
    • 1. erfafscheidingen, waarvan de bouwhoogte voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 meter en achter de voorgevelrooilijn maximaal 2 meter mag bedragen;
    • 2. lichtmasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 9 meter mag bedragen.
4.3 Specifieke gebruiksregels
4.3.1 Verboden gebruik

Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met de beheersverordening wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken:

  • a. voor buitenopslag hoger dan twee meter boven peil;
  • b. als zelfstandig kantoor anders dan ter plaatse van de aanduiding 'kantoor'.
4.3.2 Zelfstandige kantoren

Ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' zijn zelfstandige kantoren toegestaan tot een maximum van 500 m2 bedrijfsvloeroppervlak per vestiging en mits een openbaarvervoerontsluiting (opstapplaats bus) aanwezig is binnen een afstand van maximaal 800 meter, gemeten over het openbaar toegankelijke gebied.

4.3.3 Opslag

Ter plaatse van de aanduiding 'opslag' is in afwijking van het bepaalde in artikel 4.1.1 onder a uitsluitend (bedrijfsmatige) opslag toegestaan.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels
4.4.1 Staat van bedrijfsactiviteiten

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.1.1 ten behoeve van bedrijven die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn opgenomen, voor zover die bedrijven naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden te behoren tot of gelijk kunnen worden gesteld met bedrijven uit categorie 1 of 2.

4.4.2 Volumineuze detailhandel

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.1.1 ten behoeve van volumineuze detailhandel anders dan overeenkomstig de Lijst bestaand gebruik die als Bijlage 2 bij de regels is gevoegd mits:

  • a. het detailhandel betreft die vanwege de aard van de verkochte goederen niet in een centrumgebied thuishoort;
  • b. op eigen terrein of in de directe omgeving daarvan voldoende parkeergelegenheid aanwezig is;
  • c. er geen overwegende bezwaren zijn vanuit verkeerskundig oogpunt (doorstroming, bereikbaarheid en veiligheid).